‘Malawianen hebben veel last van heksen’, zegt Father Simon en stelt er een sterk verhaal tegenover. Vervolgens lacht Father Simon de lach van Eddy Murphy.
Door Ralf Bodelier (2015, De Bezieling)
Op zondagochtenden als deze, zijn het niet de lentezon, Buitenhof of de Heuvel waar ik naar verlang. Het zijn wel de hoogmissen van de Mariakerk in Tilburg Noord. De Huub Oosterhuis-liederen, de overwegingen van de pastores, het zondagse gevoel na afloop.
Nu krijg ik daar veel voor terug, hier in Malawi, Afrika. Warme, dansende diensten in de kerk van de Heilige Geest, in het kloppende hart van de krottenwijk Ndirande. Na de mis drink ik koffie met Father Simon, een van de missionarissen van de Holy Ghost Parish. En dan luister ik naar Simons verhalen over hekserij, een van de meest intrigerende verschijnselen van magisch Afrika.
Gezellige tante
Malawianen hebben een hoop te stellen met hun heksen. Want ze zijn overal, al lijken ze zich, vreemd genoeg, maar amper te vertonen op universiteiten, in banken of internationale hotels. Daarentegen blijkt het platteland, maar ook de krottenwijk, vergeven van die krengen.
Wordt iemand ziek, dan spieden veel Malawianen om zich heen. Wie heeft ’m dat nu weer geflikt? Welke heks stuurde diarree, malaria of impotentie? En wat kan eraan worden gedaan? Het nare is dat je er nooit achter komt of die aardige oom of gezellige tante in werkelijkheid geen heks is. Overdag kan ze nog zo’n lekkere oliebollen bakken en zoete liedjes zingen, ’s nachts vliegt ze misschien met een heksenvliegtuig naar Mozambique om je morgen een aidsbesmetting te bezorgen.
Hekserij is nuttig. Alle ellende die over je komt, valt er gemakkelijk mee te verklaren. Het nadeel is dat wie van hekserij wordt beschuldigd, zijn leven niet zeker is.
Eddy Murphy
Father Simon Mtula (38) is een priester met de lach van Eddy Murphy. Simon noemt zich een echte, ouderwetse, missionaris. Want hij ziet de slum waarin zijn kerk staat als een missiegebied.
Volgens Simon is Ndirande een jungle. Vorige maand nog, werd even verderop een man doodgeslagen. Blijkbaar wist niemand waar ze met het lijk heen moesten. Daarom zetten ze de dode maar rechtop tegen de poort van de kerk waar Simon hem ’s ochtends vond.
“Hekserij is een van de belangrijkste problemen in Ndirande” , zegt Father Simon. “Het moet je maar overkomen. Vandaag nog ben je een vriendelijke oma. Morgen word je als de pest gemeden, zelfs door je eigen kinderen. Want het gerucht gaat dat je je buurman met aids hebt besmet en zijn zoontje aan diarree liet sterven.” “ Het meest pijnlijke” , zegt Simon, “is nog wel dat mensen die van hekserij worden beschuldigd ook zelf beginnen te twijfelen. Is het toch niet een béétje waar dat ze een heks zijn, nu immers iedereen dat zegt? Ben je, zonder dat je het zelf beseft, niet onder invloed gekomen van een kwade geest die jou, als heks, de meest vreselijke dingen laat doen?”
“Zo zijn er altijd twee slachtoffers: degene die vreest behekst te zijn; en degene die voor een heks wordt aangezien.”
Beter verhaal
Psychiaters zijn er in Malawi niet, laat staan in de krottenwijk. Daarom ‘counselt’ Simon de slachtoffers van hekserij maar zelf. Daarbij neemt hij de mensen die zich in paniek bij hem melden uiterst serieus. “Wie ben ik” , zegt Simon, “om hen te vertellen dat hekserij niet zou bestaan?”
Simon bewandelt een andere weg. Hij zet er een nieuw, een beter verhaal tegenover. Hij vertelt zijn gelovigen dat heksen en kwade geesten helemaal geen vat op hen kúnnen krijgen.
Want katholieken behoren sinds hun doop toe aan God. En wie eenmaal aan God toebehoort, kan niet meer door een ander veroverd worden. Omdat Simon’s katholieken dat toebehoren elke zondag opnieuw bevestigen, staan de heksen van Ndirande volstrekt machteloos. Met God valt immers niet te concurreren.
Katholieken
Vanzelfsprekend is er hekserij in Ndirande. Maar katholieken moeten zich daar niets van aantrekken. Hekserij is louter en alleen een probleem van niet-katholieken.
“En werkt dat nu ook” , vraag ik Simon? “Geloven ze je ook?” “Natuurlijk werkt dat” , zegt de missionaris. “Het duurt even, want het geloof in hekserij zit diep. Maar uiteindelijk geldt voor de meesten toch wat ik hen voorhoud.” En dan lacht Simon weer zijn stralende Eddy Murphy-lach.